Leerprofiel
Hoe leert een leerling?
Leerlingen kunnen verschillen in de manier waarop ze leren en omgaan met de leerstof. Dit is hun leerprofiel of leerstijl. Deze verschillen hebben vooral betrekking op de leerstrategie die een leerling liefst inzet, en op zijn leervoorkeur voor bepaalde leeractiviteiten, zoals de uitvoering van een bepaalde werkvorm of het gebruik van een specifiek leermiddel. Differentiëren op basis van het leerprofiel wordt tempodifferentiatie genoemd.
Hoe krijg ik als leerkracht inzicht in het leerprofiel van mijn leerlingen?
Hieronder enkele haalbare voorbeelden hoe ingespeeld kan worden op het leerprofiel.

Voorbeeld: De leerlingen stellen zelf toetsvragen op en noteren die bijvoorbeeld op post-its. Je kan aan het einde van de les dan een aantal opgestelde vragen stellen om te zien of de leerlingen de leerstof hebben begrepen.
Voorbeeld: Snellere leerlingen helpen tragere leerlingen bij een opdracht.
Tempoverschillen
Sommige leerlingen hebben meer of minder tijd nodig voor een bepaalde opdracht, of hebben nood aan uitdaging.
Leerlingen geraken over het algemeen snel afgeleid. Daarom is het belangrijk om ze aandachtig te houden wanneer ze klaar zijn met een opdracht. De aandacht van de leerlingen zal behouden blijven bij een uitdagende of nieuwe opdracht.
Voorbeeld: De leerlingen die sneller klaar zijn met de leerstof krijgen een extra uitdagende opdracht. De uitdagende opdracht kan je aanduiden met een speciaal teken zoals * of !.
Indien we differentiëren in de leertijd van leerlingen, spreken we van tempodifferentiatie. De leerkracht maakt een onderscheid tussen snelle leerlingen en leerlingen die iets meer tijd nodig hebben om hun taak af te maken. Iedereen mag dus op zijn eigen tempo werken om de vooropgestelde doelen te bereiken.
- Bade & Bult, 1981
Mini klas
De mini klas is een variant op zelfstandig werk of duowerk. Een groot deel van de klas gaat zelfstandig of in duo's aan de slag met de leerstof, terwijl een beperkt aantal leerlingen apart worden genomen voor bijkomende instructies. Zij krijgen extra uitleg. Hierdoor sluit deze werkvorm ook aan bij de leerstatus.


Duowerk
Meestal vraagt het organiseren van duo's weinig verschuivingen in de klasopstelling. Toch moet er worden nagedacht over het verloop van de les. Door de leerlingen op bepaalde plaatsen te zetten, kan de leraar makkelijk een deelgroep van de klas aanspreken zonder over de hele klas te moeten praten en de anderen te storen.
Een concreet voorbeeld op KlasCement vind je hier.
Keuze van leermiddel
Niet iedere leerling werkt graag met een tekst of geeft graag een mondelinge presentatie aan de hand van een PowerPoint.
Laat daarom leerlingen kiezen welk leermiddel ze willen gebruiken tijdens de les of tijdens de uitwerking van een opdracht. Ze kunnen bijvoorbeeld kiezen uit video's, teksten, foto's... Zo speel je ook automatisch in op de interesses van leerlingen.
Voorbeeld: De leerlingen kiezen zelf of ze een tekst lezen of een video bekijken om de vragen te beantwoorden.
Voorbeeld: Tijdens het vak economie moeten de leerlingen een reclameposter maken over de P van promotie. Ze kiezen zelf of ze dit op papier of digitaal willen uitwerken.

Voorbeeld: De leerlingen kiezen bij de creatieve uitwerking van één P van de marketingmix voor een affiche, een moodboard, een filmpje...
Door leerlingen keuzemogelijkheden aan te bieden, kiezen ze zelf voor datgene dat aansluit bij hun interesses en leervoorkeur. De leerkracht differentieert dan zonder zelf veel extra inspanningen te moeten doen. Daarnaast behoudt de leerkracht nog steeds controle door zelf de keuzeopties aan te reiken.
- Gheyssens, 2019